header

De ondergrond

De ‘ondergrond’

Wanneer wij gevraagd worden welk product men het beste kan gebruiken, is men vaak verrast door de hoeveelheid wedervragen die deze relatief simpele vraag oproept.

We willen eens wat dieper ingaan op het fenomeen ondergrond. Voor ondergrond kun je genoeg synoniemen vinden, maar denk vooral aan fundament of basis. Bij lijmverbindingen in de bouw is de basis waarop de lijm wordt aangebracht van wezenlijk belang voor het uiteindelijke resultaat.

In bijna alle productbladen en verwerkingsadviezen kom je quasi dezelfde zin tegen: “Alleen toepassen op droge, draagkrachtige, olie-, vet-, vuil- en stofvrije ondergronden”.
Vooral de term “droog” is een relatief begrip. Per materiaalsoort zijn hier tabellen voor, maar soms kan het ook wenselijk zijn dat de ondergrond wel eerst bevochtigd wordt. Dat maakt het er allemaal niet makkelijker en overzichtelijker op.

Constructief
We moeten er zeker van zijn dat de constructieve opbouw van de ondergrond geschikt is voor het aanbrengen van een verlijmde afwerking, met welk materiaal dan ook. Dit houdt onder andere in dat er rekening moet worden gehouden met uitzettingsvoegen, mogelijke belasting op gebied van gewicht, trillingen, vocht, vorst, chemicaliën en wisselende temperaturen.

Materiaal
Waarvan is de basis waarop je wilt gaan lijmen gemaakt, welk materiaal is dit? Als we ons even beperken tot tegels die we willen lijmen, dan kunnen we navolgende materialen allemaal tegenkomen: beton , cellenbeton, kalkcementpleister, kalkzandsteen, bestaand tegelwerk, gipsblokken, buitengevel-isolatie, gipspleister, polystyreen tegelelementen, gipskartonplaat, cementdekvloer, gipsvezelplaat, anhydriet, cementgebonden plaat en hout.
Dit is al een hele opsomming en ook wij leren nog dagelijks, want er komen voortdurend nieuwe materialen bij. Ieder materiaal gedraagt zich weer op zijn eigen specifieke manier en vraagt om een daarop afgestemd advies.

Leef-tijd & conditie
Hoe ziet de basis eruit en waarom gaan we er iets op lijmen? Wellicht is het niet bruikbaar als eindafwerking en is hetgeen wij erop willen aanbrengen de esthetische afwerking (denk aan tegels op een cementdekvloer) ofwel is het een oudere basis met al een heel leven achter zich die we willen verfraaien (denk aan nieuwe tegels-over-oude tegels).
Een zogenaamde ‘verse’ ondergrond is nieuw en net geplaatst. Dan is het van belang om te zien hoeveel vocht er nog aanwezig is. Met grote regelmaat wordt er door onze buitendienst vochtmetingen gedaan van de diverse ondergronden. Pas bij een voldoende droge ondergrond, mag er gestart worden met de lijmwerken.
Het restvocht hangt dan weer samen met de leeftijd. Het spreekt voor zich dat een bestaande betonvloer ‘droog’ zal zijn en dat een net gestorte vloer tijd nodig heeft om goed uit te harden. Vandaar dat bij specifiek beton als eis gesteld wordt dat deze minimaal 3 maanden oud moet zijn.

Omdat tijd steeds meer onder druk staat in de hedendaagse bouw, en alles dus steeds sneller moet, kunnen er in de lijm zelf aanpassingen worden gedaan zodat die eerder aangebracht kan worden op ondergronden die nog restvocht bevatten. Leuk en handig, maar onthoud één ding: hoe langer je kunt wachten, hoe beter! Soms laat de tijd zich niet dwingen.
Kijken we naar een ‘oude’ ondergrond, dan heeft die al een heel leven achter zich. Laat bijvoorbeeld de verflaag los, of is hij/zij altijd met een bepaald schoonmaakmiddel onderhouden? Dan moeten we die oude laag er eerst zo goed mogelijk af halen. Schuren, stralen of ontvetten is dan noodzakelijk.

Scheuren?
Het kan voorkomen dat er in de basis scheuren waarneembaar zijn. Het zou fijn zijn als we weten waar dat die vandaan komen. Met andere woorden: wat is de oorzaak van de scheur? Is het een zetting of is het krimp van de ondergrond? De kans is groot dat scheuren in de ondergrond zich opnieuw manifesteren in de afwerking die je erop aanbrengt. Vandaar dat we bij tegelwerk grotere vlakken voorzien van uitzettingsvoegen. De ondergrond (al dan niet voorzien van scheuren) gedraagt zich 9 van de 10 keer anders qua krimp en uitzetting dan het materiaal dat je erop wilt verlijmen. Een lijmlaag mag dan wel flexibel zijn, verwacht hier geen wonderen van. Door het aanbrengen van deze uitzettingsvoegen (dilataties) voorspellen we eigenlijk de plaats waar de werking zijn gang mag gaan, zonder dat dit hinderlijk wordt in de esthetische afwerking.

Voorbereiden
We kunnen natuurlijk de gesteldheid van de ondergrond wijzigen. Voor het verlijmen kunnen we een voorstrijkmiddel aanbrengen dat ervoor zorgt dat 1) de zuiging vanuit de ondergrond wordt verminderd en 2) de hechting van de lijmlaag wordt verbeterd. Daarnaast zorgt een voorstrijk ervoor dat eventueel nog aanwezig stof vast komt te zitten aan de ondergrond. Mogelijk is het wenselijk om de ondergrond te beschermen tegen vochtindringing. In dat geval kan, vóórdat we gaan lijmen, een waterdichte laag aangebracht worden, hetzij middels een vloeibaar of pasteus middel, hetzij door bijvoorbeeld een afdichtingsmat. Het kan ook zo zijn dat, voordat we de gekozen afwerking de ondergrond kunnen aanbrengen, deze eerst nog vlak(ker) gemaakt moet worden. Egalisatiemortels zijn dan een uitkomst.

Je merkt wel dat we met veel zaken rekening dienen te houden. En we willen liever voorkomen dan genezen, dus vinden wij een goede voorbereiding noodzakelijk. Daarom stellen wij best veel vragen van onze kant als antwoord op de eerder gestelde vraag welk lijmproduct u het beste kunt gebruiken. We willen het namelijk graag in één keer goed doen. Vandaar!

© OMNICOL – oktober 2020

oktober 12th, 2020 door